Hernieuwbare energie (i37)

In 2022 werd in België 13,8 procent van het bruto finaal energieverbruik geproduceerd uit hernieuwbare bronnen. Om de duurzame-ontwikkelingsdoelstelling tegen 2030 te realiseren, moet dat cijfer stijgen naar 34 procent. Volgens de projecties van het Ontwerp voor actualisatie van het Belgische Nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030 (NEKP 2023) zal dat doel niet bereikt worden (gegevens beschikbaar in november 2024). Hernieuwbare energie evolueert dus ongunstig.

The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.

Hernieuwbare energie - België - trendevaluatie

procent van bruto finaal energieverbruik

 200020042005201020152020202220252030
waarnemingen--1.92.36.08.113.013.8----
projectie (NEKP 2023)--------------14.421.7
doelstelling 203034.034.034.034.034.034.034.034.034.0

Projectie op basis van de parameters van het WAM-scenario (With Additional Measures) van het NEKP 2023.

Eurostat (2024), Share of renewable energy in gross final energy consumption [sdg_07_40], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 30/09/2024); Enover/NKC (2023), Ontwerp voor actualisatie van het Belgische Nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030 (NEKP 2023), https://www.nationaalenergieklimaatplan.be/nl (geraadpleegd op 30/09/2024).

Hernieuwbare energie - België en internationale vergelijking

procent van bruto finaal energieverbruik

 20042005201020152017202020222022//20042022//2017
België1.92.36.08.19.113.013.811.68.5
EU279.610.214.417.818.422.023.05.04.6
//: Gemiddelde groeivoeten

Eurostat (2024), Share of renewable energy in gross final energy consumption [sdg_07_40], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 30/09/2024).

Definitie: hernieuwbare energie wordt gemeten als het aandeel van het energieverbruik geproduceerd uit hernieuwbare bronnen in het bruto finaal energieverbruik, zoals gedefinieerd in de Europese Richtlijn 2009/28/EG ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (Publicatieblad van de Europese Unie, 5/6/2009). Het bruto finaal energieverbruik is de energie die verbruikt wordt door alle eindgebruikers, inclusief de verliezen op het vervoersnetwerk en het verbruik van de energiesector zelf. De gegevens komen van Eurostat.

Doelstelling: het aandeel hernieuwbare energie moet 34% bereiken in 2030.

De duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen of SDG’s die de Verenigde Naties in 2015 hebben aangenomen, bevatten subdoelstelling 7.2: "Tegen 2030 in aanzienlijke mate het aandeel hernieuwbare energie in de globale energiemix verhogen".

De Federale beleidsvisie op lange termijn inzake duurzame ontwikkeling bevat doelstelling 16: "De koolstofarme energievormen zullen overheersen in de energiemix. De hernieuwbare energiebronnen zullen er een significant aandeel van uitmaken" (Belgisch Staatsblad, 08/10/2013).

Op Europees niveau steltRichtlijn 2018/2001 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (Publicatieblad van de Europese Unie), een doelstelling vast tegen 2030 voor de EU, namelijk een aandeel van 32% hernieuwbare energie. In 2023 werd deze richtlijn gewijzigd door Richtlijn 2023/2413, die nu een bindend cijferdoel oplegt van 42,5% hernieuwbare bronnen in het bruto-eindverbruik van energie in de EU in 2030.

Aanvullend hierop, bepaalt de Europese Verordening 2018/1999 inzake de governance van de energie-unie en van de klimaatactie dat alle EU-lidstaten een nationaal energie- en klimaatplan (NEKP) voor de periode 2021-2030 moeten opstellen (Publicatieblad van de Europese Unie). In antwoord hierop stelt het ontwerp van actualisering van het Belgische Nationale Energie- en Klimaatplan 2021-2030 (NEKP 2023) een streefcijfer van 21,7% hernieuwbare energie in het bruto-eindenergieverbruik tegen 2030. Dit aandeel dat steunt op de projecties 'met aanvullende maatregelen' van het NEKP 2023, blijft onder de indicatieve doelstelling van 34% die voor België is berekend volgens de formule in bijlage II van Verordening (EU) 2018/1999 en vermeld in het NEKP 2023 (Concere/CNC, 2023). Het is deze laatste dat hier wordt gebruikt.

Evolutie: het aandeel hernieuwbare energie in het bruto finaal energieverbruik bedroeg in België 13,8% in 2022. De indicator stijgt constant. Deze stijging is voornamelijk het gevolg van de groei van de elektriciteitsproductie op basis van windmolens en fotovoltaïsche zonnepanelen.

Internationale vergelijking: door België met de Europese Unie te vergelijken, blijkt dat in 2022 het aandeel hernieuwbare energie in het bruto finaal energieverbruik hoger ligt in de EU27 dan in België, namelijk 23,0% tegen 13,8%. Het verschil is stabiel over heel de geanalyseerde periode. In een verdeling van de lidstaten in drie groepen behoort België in 2022 tot de slechtst presterende groep. In dat jaar stond Zweden met 66,0% op de eerste plaats en Ierland met 13,1% op de laatste.

Opsplitsing volgens gewest: kan niet worden weergegeven omdat er momenteel geen vergelijkbare gegevens beschikbaar zijn.

VN-indicator: de gekozen indicator stemt overeen met indicator 7.2.1 - Aandeel van hernieuwbare energie in het totale finaal energieverbruik.

Bronnen