In 2019 bedroeg de uitstoot van broeikasgassen van de niet-ETS-sectoren (buiten het emissiehandelssysteem van de Europese Unie: huisvesting, vervoer, diensten, landbouw…) in België 74,3 miljoen ton CO2-equivalent. Om de duurzame-ontwikkelingsdoelstelling tegen 2030 te realiseren, moet dat cijfer dalen naar 51,8 miljoen ton. Volgens de projecties van het Belgisch geïntegreerd nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030 zal dat doel bereikt worden (gegevens beschikbaar in november 2021). De uitstoot van broeikasgassen van de niet-ETS-sectoren evolueert dus gunstig.
Uitstoot van broeikasgassen niet-ETS - België - trendevaluatie
miljoen ton CO2-equivalent
2000 | 2005 | 2010 | 2015 | 2019 | 2020 | 2025 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
waarnemingen | -- | 79.6 | 79.6 | 72.7 | 74.3 | -- | -- | -- |
projectie (november 2021) | -- | -- | -- | -- | -- | 68.4 | 60.8 | 52.7 |
doelstelling 2030 | 51.8 | 51.8 | 51.8 | 51.8 | 51.8 | 51.8 | 51.8 | 51.8 |
Eurostat (2021), Greenhouse gas emissions in ESD sectors [t2020_35], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 02/06/2021); ENOVER en Nationale klimaatcommissie (2019), Nationaal energie- en klimaatplan 2021-2030, https://www.nationaalenergieklimaatplan.be/nl/ (geraadpleegd op 02/06/2021).
Uitstoot van broeikasgassen niet-ETS - België
miljoen ton CO2-equivalent
2005 | 2010 | 2014 | 2015 | 2018 | 2019 | 2019//2005 | 2019//2014 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
België | 79.6 | 79.6 | 70.1 | 72.7 | 74.3 | 74.3 | -0.5 | 1.2 |
//: Gemiddelde groeivoeten |
Eurostat (2021), Greenhouse gas emissions in ESD sectors [t2020_35], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 02/06/2021).
Uitstoot van broeikasgassen niet-ETS - EU27
miljard ton CO2-equivalent
2005 | 2010 | 2014 | 2015 | 2018 | 2019 | 2019//2005 | 2019//2014 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
EU27 | 2.5 | 2.4 | 2.2 | 2.2 | 2.2 | 2.2 | -0.8 | 0.6 |
//: Gemiddelde groeivoeten |
Eurostat (2021), Greenhouse gas emissions in ESD sectors [t2020_35], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 02/06/2021).
Uitstoot van broeikasgassen niet-ETS - België en internationale vergelijking
ton CO2-equivalent per inwoner
2005 | 2010 | 2014 | 2015 | 2018 | 2019 | 2019//2005 | 2019//2014 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
België | 7.6 | 7.3 | 6.3 | 6.5 | 6.5 | 6.5 | -1.1 | 0.7 |
EU27 | 5.7 | 5.4 | 4.9 | 4.9 | 5.0 | 5.0 | -1.0 | 0.4 |
//: Gemiddelde groeivoeten |
Eurostat (2021), Greenhouse gas emissions in ESD sectors [t2020_35] en Population change - Demographic balance and crude rates at national level, Population on 1 January [demo_gind], https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 02/06/2021); berekeningen FPB.
Uitstoot van broeikasgassen niet-ETS volgens gewest - België
ton CO2-equivalent per inwoner
2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2018//2013 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Brussels Hoofdstedelijk Gewest | 3.4 | 3.0 | 3.1 | 3.2 | 3.1 | 3.0 | -2.4 |
Vlaams Gewest | 7.2 | 6.7 | 7.0 | 7.1 | 6.7 | 7.0 | -0.6 |
Waals Gewest | 6.8 | 6.5 | 6.6 | 6.7 | 6.5 | 6.8 | 0.2 |
//: Gemiddelde groeivoeten |
Nationale Klimaatcommissie (2021), Gewestelijke ESD saldi, https://www.cnc-nkc.be/nl/reports (geraadpleegd op 02/06/2021).
Definitie: de uitstoot van broeikasgassen (BKG) niet-ETS is de uitstoot van de sectoren die niet vallen onder het Europese emissiehandelssysteem (in het Engels ETS, Emission Trading System). In 2005 werd het ETS ingevoerd in de Europese Unie voor ondernemingen die veel CO2 uitstoten (bijvoorbeeld de elektriciteitsproductie, de metaalnijverheid, de niet-metaalhoudende mineralen of de meststoffen). Daardoor wordt de BKG-uitstoot onderverdeeld in uitstoot van de ETS-sector en uitstoot van de niet-ETS-sectoren, die voornamelijk het vervoer (buiten de luchtvaart), de diensten, de woningen, de landbouw, het afval en de industrieën die niet onder het ETS vallen, omvatten. De indicator wordt uitgedrukt in miljoen ton CO2-equivalent (Mt CO2-eq.). Voor de vergelijking tussen de EU27-landen wordt de uitstoot per inwoner gebruikt. De gegevens komen van Eurostat.
Doelstelling: de uitstoot van broeikasgassen niet-ETS moet met 35% dalen tussen 2005 en 2030.
De duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen of SDG’s die de Verenigde Naties in 2015 hebben aangenomen, bevatten doel 13: "Neem dringend actie om de klimaatverandering en haar impact te bestrijden".
De Federale beleidsvisie op lange termijn inzake duurzame ontwikkeling bevat doelstelling 31: "De Belgische emissies van broeikasgassen zullen in 2050 in eigen land met minstens 80 tot 95% gedaald zijn ten opzichte van hun niveau in 1990" (Belgisch Staatsblad, 08/10/2013).
Op Europees niveau is de doelstelling uit het Klimaat- en energiekader 2030, de niet-ETS-uitstoot met 30% verminderen tegen 2030. De Verordening (EU) 2018/842 betreffende bindende jaarlijkse broeikasgasemissiereducties verdeelt deze doelstelling over de lidstaten (Publicatieblad van de Europese Unie, 19/06/2018). Voor België bedraagt de reductiedoelstelling 35% tussen 2005 en 2030. Die waarde wordt als doelstelling gebruikt, ook al bevat de richtlijn flexibiliteitsmechanismen die deze waarde marginaal zouden kunnen veranderen. Deze doelstelling wordt herzien in het kader van de herziening van de algemene doelstelling voor broeikasgasemissies (-55% tegen 2030 in vergelijking met 1990, zie Uitstoot van broeikasgassen).
Evolutie: tussen 2005 en 2019 daalde de BKG-uitstoot van de niet-ETS-sectoren in België gemiddeld met 0,5% per jaar, van 79,6 tot 74,3Mt CO2-equivalent. Die neerwaartse trend kan onder andere toegeschreven worden aan de resultaten van het gevoerde beleid (bijvoorbeeld het verbruik van wagens en de energieprestatie van gebouwen), de financieel-economische crisis en de prijsschommelingen van energie. Bovendien verklaren de schommelingen in de vraag naar verwarming van gebouwen die toe te schrijven zijn aan de veranderingen van de jaarlijkse weersomstandigheden, grotendeels de jaarlijkse variabiliteit van de BKG-uitstoot in de niet-ETS-sectoren.
Internationale vergelijking: in de periode 2005-2019 daalde de BKG-uitstoot in de niet-ETS-sectoren in België (‑6,7%) minder dan in de EU27 (-10,2%). Per inwoner uitgedrukt, bedraagt de niet-ETS-uitstoot in België 6,5 ton tegenover gemiddeld 5,0 ton in de EU27, in 2019. In een verdeling van de lidstaten in drie groepen behoort België in 2019 tot de slechtst presterende groep. Enkel Luxemburg en Ierland hebben een hogere uitstoot per inwoner. In dat jaar stond Malta met 2,7t/inwoner op de eerste plaats en Luxemburg met 14,9t/inwoner op de laatste.
Opsplitsing volgens gewest: de uitstoot van broeikasgassen niet-ETS in 2018 bedraagt 3,0 ton CO2-eq. per inwoner in Brussel, 6,9 in Vlaanderen en 6,8 in Wallonië. Voor België is dit cijfer 6,5 ton CO2-eq. per inwoner.
VN-indicator: de gekozen indicator stemt met geen enkele SDG-indicator overeen, maar sluit wel aan bij doel 13. De strijd tegen de klimaatverandering vergt immers een aanzienlijke daling van de uitstoot van broeikasgassen.
Bronnen
Algemeen
SDG’s, duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals): United Nations (2015), Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable Development. Resolution adopted by the General Assembly on 25 September 2015, document A/RES/70/1.
Indicatoren: United Nations (2017), Work of the Statistical Commission pertaining to the 2030 Agenda for Sustainable Development. Resolution adopted by the General Assembly on 6 July 2017, document A/RES/71/313.
UN Sustainable Development Knowledge Platform: https://sustainabledevelopment.un.org/ (geraadpleegd op 24/09/2020).
Specifiek
2022 © cic@plan.be